Piet Esser |
|
Piet Esser was een zoon van schrijver en criticus Maurits Esser. Hij zou op advies van zijn lerares handenarbeid, les krijgen van haar vader - de beeldhouwer Lambertus Zijl . In 1934 begon zijn opleiding bij Jan Bronner, hoogleraar beeldhouwkunde aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam. Esser had moeite met Bronners kritische en autoritaire houding. Maar een uitspraak van Bronner die hem is bijgebleven is: 'De beste manier van te boeien ligt besloten in het veel laten raden.' De zilveren medaille van de Prix de Rome werd door Esser gewonnen aan het einde van deze opleiding in 1938. Bronner vroeg Esser in 1947 om hem op te volgen als hoogleraar beeldhouwkunde aan de Rijksakademie. Hij werd er docent van 1947 tot 1979. In 1947 en in 1954 zou Esser een groot aantal beroemde collega’s bezoeken in Parijs. Het werk van Jacques Lipchitz en Henri Laurens maakte de meeste indruk op hem. Twee kunstenaars die abstraheerden maar toch 'de mens niet loslieten.' Dat laatste was voor Esser van groot belang. Met name in de jaren vijftig en zestig maakte hij veel werk in opdracht. Monumentale sculpturen, zoals het Bevrijdingsmonument in Ede, het Verzetsmonument in Hilversum, het Stormramp-monument, voor de watersnoodramp van 1953, in Rotterdam en het Brederomonument in Amsterdam. Zijn vrije portretten en sculpturen werden aangekocht door veel Nederlandse musea. Esser was een modelleur. Zijn temperament strookte niet met een traag materiaal als steen. Vandaar dat hij in klei werkte en vanaf 1954 in was. Over was zei hij: 'Was heeft een weligheid van licht en donker en staat in glans dicht bij het brons.' Essers portretten, evenals zijn grote beelden, lijken snel en met een enkele veeg in de was te zijn geboetseerd, maar ze zijn allemaal het resultaat van vele sessies en langdurige - vaak jarenlange - arbeid. Zijn vroegste opdrachten (beide oorlogs- Na zijn terugkeer uit Zagreb begon Esser met het maken van penningen. In Italië had hij veel originele penningen uit de Renaissance gezien. Deze hebben hem beïnvloed. In 1955 kreeg hij een opdracht van het Rijk om een Rembrandtpenning te maken, het werken aan deze penning bracht een enorme doorbraak teweeg. De bijzondere licht- en schaduwwerking ontstond door gebruik van reliëf. Hij diepte het oppervlak uit en bracht extra hoogte aan op de verhoogde delen. Esser heeft binnen de Nederlandse penningkunst veel erkenning gekregen. In 1985 vertrok hij met zijn vrouw naar de Dordogne. Dora overleed er in 1995. Esser werkte er tot aan zijn dood in 2004. Jan Teeuwisse, Marjan Scharloo, Piet Esser en Geer Steyn, Piet Esser. Beeldhouwer en Medailleur, |