| Herman Kruyder |  | 
| Herman Kruyder werd op  7 juni 1881  met zijn tweelingbroer Willem in Lage Vuursche geboren. Hij volgde eerst een  opleiding tot huis- en decoratieschilder en volgde tegelijkertijd 's avonds  lessen aan de tekenschool. Hierna zat hij van 1899 tot 1903 op de Haarlemse School voor Kunstnijverheid. Waarna hij werkzaam was op een glas-in-loodatelier in Delft.  In 1907 ging Kruyder bij zijn ouders in Haarlem wonen om zich helemaal aan de  schilderkunst te wijden. Hij kopieerde  oude meesters in het Frans Hals Museum en werd lid van verschillende kunstenaarsverenigingen.  Vanaf 1916/17  werd de invloed van deze nieuwe stromingen zichtbaar zijn werk. Het symbolisme en het impressionisme waarin hij aanvankelijk werkte,  werden ingeruild voor een expressionisme  en het kubisme. De beeldtaal van Kruyder werd sober en  expressief en zijn kleurenpalet - met roden, blauwen en groenen in steeds  wisselende nuanceringen - ging het beeld beheersen. Als glazenier trachtte  Kruyder de magische flonkering van gebrandschilderd glas te benaderen en  ontwikkelde zo een geheel eigen  expressionistische stijl met platte vlakken, zware contouren en intense  kleuren. Hij trouwde in 1916  met kunstenares Jo Bouman en woonde achtereenvolgens in Haarlem, Heemstede,  Bennebroek en Blaricum. Zijn leven speelde  zich in hoofdzaak af in de stilte van landelijke dorpen. Daar vond hij zijn  motieven: het dorp, de mensen, dieren, bomen en bloemen. Het was een leven in  grote eenzaamheid en hij kreeg er ondanks de  idyllische omgevingen ernstige psychische inzinkingen.  In 1934 verhuisde hij naar Amsterdam en ging daar aan de Zomerdijkstraat wonen. Een jaar later in 1935 zou hij - op de leeftijd van 54 jaar - overlijden door van zijn balkon te springen. Daarvóór had Gerrit van der Veen Kruyder van eenzelfde soort actie weten af te houden. Hij heeft goede vrienden gekend, zoals de schilder Gestel, bewonderaars, zoals de criticus Albert Plasschaert, en beschermers, zoals de kunstverzamelaar P.A. Regnault, die vanaf 1929 regelmatig werk van Kruyder kocht. Desondanks vormden miskenning en eenzaamheid de rode draad in zijn leven. Er was weinig contact of wisselwerking met vakgenoten. Hij was een eenling zowel op persoonlijke als op het artistieke vlak. In het Stedelijk Museum te Amsterdam is een grote hoeveelheid werken van Herman Kruyder in de collectie opgenomen wat vooral te danken is aan de aankopen door Willem Sandberg , van 1945-1962 directeur van het Stedelijk Museum te Amsterdam. Voor sommige werken werden hoge bedragen betaald aan de weduwe van Kruyder, het werk van Kruyder kreeg pas na zijn overlijden grote waardering. Literatuur 
 | |