Nel (Petronella) Houtman
(1905-2000), keramiste

back

“Als de oven hoog gestookt wordt, wordt de kwaliteit van de keramiek veel beter. Maar het is ook wel veel moeilijker. De klei moet niet vet zijn, maar schraal en daardoor is ze niet zoo prettig te draaien; ze is minder plastisch en vormt niet zo goed.
Natuurlijk gebruik je dan ook andere glazuur. De moeilijkheid is om het zo te krijgen, dat de pot en het glazuur als het ware gelijk opwerken. Als de pot sneller of langzamer krimpt dan de glazuur, komen er kleine kraakjes in het glazuur.
Dat is niet, wat het wezen moet.

(Keramiste Nel Houtman in een interview in ‘Het Blijde Thuis’ (1930) over keramiek).

Haar architectonische opgebouwde hoofdvormen zijn royaal bemeten. Meestal bestaan ze uit diverse delen, die een zelfstandige functie uitoefenen. Zij zet haar schalen en potten vaak op een voet of brengt er kleine pootjes onder aan, of voorziet een vaas van kleine duidelijk aangezette oortjes.

(A. Mali in 1983).

Nel Houtman werd geboren in 1905 te Hilversum. Al vroeg werd zij leerlinge van P. Hobbel en M. Hobbel-van Harten te Laren en werkte vanaf 1923 als zelfstandig keramiste te Hilversum. Zij experimenteerde met zout glazuren. In 1922 leerde ze haar man, de kunstschilder Hens van der Spoel kennen. In 1932 trouwden ze en kregen twee zonen, Siebrecht en Laurens.

Nel Houtman raakte geïnspireerd door keramiek uit het Verre en Nabije Oosten, vooral van de Chinese Sung dynastie (dateert omstreeks 11e eeuw na Chr.) Kenmerkend voor het werk van Nel Houtman zijn sobere vormen en subtiele, monochrome glazuren. (Zij signeerde deze meestal met N. H.)

Het paar Houtman en Van der Spoel brachten diverse malen enige tijd door bij de Wezelaar’s in Parijs. Vanaf 1934 verbleven de Wezelaar’s geregeld in Goes en in Kloetinge. Wezelaar besteedde het bakken en glazuren van zijn terracotta´s aan Nel Houtman uit.

Tussen 1932 en 1959 werkte zij in Zeeland, daarna betrok Houtman een atelier in de Gerard Doustraat in de Amsterdamse Pijp. Het echtpaar woonde toen in de Zomerdijkstraat.
In de jaren 60 verhuisde Houtman naar een eigen atelier in de Zomerdijkstraat.

Ze werkte met eigenhandig  samengestelde klei. Zij bleek heel  kundig in het aanmaken van glazuren, zoals aardglazuur, tinglazuur en asglazuur. Met zoon Laurens experimenteerde zij met porselein en met zoutglazuur.

Houtman, Petronella (Nelly/Nel) (1905-2000) Capriolus, Bemiddeling in Kunstzaken.